Gerard Cox, Joke Bruijs & Lee Towers
Gerard Cox, Joke Bruijs & Lee Towers - De Ballade Van Het Wonderorgel songtekst
Je score:
Over deze songtekst:
Het lied gaat over het orgel van de bioscoop aan de Hoogstraat te Rotterdam. Het orgel kraakt, steunt en zingt onder het gewicht van het instortende gebouw tijdens het bombardement op de stad in WOII (1940)
Krijg je een ouwe Rotterdammer eenmaal aan de praat Dan maak je 'n goeie kans op het verhaal Dat over 't orgel in die bios op de Hoogstraat gaat Dat kennen ze zo'n beetje allemaal Dat was een wonder Bijzonder Twee joodse landverhuizers hHebben ruim een jaar gebouwd Voordat dat ding geluid gaf, goed en wel Maar toen, je wist niet wat je hoorde, je werd warm en koud Je zweefde, je kwam klaar, kreeg kippevel Zo zwoel, zo dwepend Meeslepend Want dat orgel had een ziel die zong van-dik-hout-zaagt-men-planken Tranen kreeg je in je ogen en je wist niet of het kwam van 't janken Van de lach of soms van het Wilhellemus-gevoel Maar je wist, jij zou beslist voor elk mooi doel je leven geven 't Orgel galmde heldenmoed Moord en brand en bloed Als horden ongecultiveerde indianen galoppeerden Om te jagen op de scalp van Tom Mix Als Harry Piel met Asta Nielsen in de struiken dook Kon je de kamperfoelie horen, en nog ruiken ook Dat orgel stond voor niks Je kreeg een jungle, waar de wilde beesten brulden, krijsten, gilden Loeiden, sisten, kwinkeleerden als de hel De Niagara waterval, de Orient Express Een slagveld uit de Wereldoorlog of een jazz-orkest Een kloosterklokkenspel Een hele stad in lichterlaaie Zeekastelen naar de haaien Nou, dan gingen de registers effe open De vlammen sloegen uit je hoofd En menigeen heeft echt geloofd In 'Op Hoop Van Zegen' zelf te zijn verzopen 't Orgel galmde heldenmoed Moord en brand en bloed Toch kwam de grootste gruwelfilm niet op het doek van 't huis Uit de toverlantaren? Nee, die kwam uit een blauwe lucht vol Bommenwerpers met een hakenkruis Loodrecht omlaag op 't hart van Rotterdam Dat was veroordeeld Tot voorbeeld Eerst de ontploffingen Toen de brand Een helse baaierd van vuur De molenaar aan het Oostplein deed Wat ze al sinds de middeleeuwen doen bij brandgevaar De wieken laten draaien Dan waaien de vonken weg Zijn molen bleef gespaard Maar mensen, woonhuizen, kerken, fabrieken Winkels en theaters hebben geen wieken In heel de stad viel de elektriciteit uit Zodat in onze bioscoop het nood-agregaat ging werken En het orgel stroom kreeg Toen is die bioscoop langzaam ontvlamd en ingestort Het toneel, balkon, de muren, het plafond Het wonderorgel kreeg de brokken op z'n toetsenbord Het kermde dat je 't buiten horen kon Huiveringwekkend Verrekkend Want dat orgel had een ziel die angst en schrik en pijn verraadde Eerst nog pianissimo, een schietgebedje om genade Later werd het luider, luider! Het zwol aan tot een orkaan! Maar door de explosies is dit God helaas ontgaan Het hulp'loos schietgebedje raakte zoek En het werd een vloek Op de Goudse singel lag een jongen heel stil op de stoep van wat eens zijn huis was geweest Zijn horloge stond stil op tien voor half twee, het ogenblik van de eerste voltreffer Je kleren vlogen buiten van de hitte in de hens In de Pannekoekstraat deed een kastelein het luik voor 't raam Met doodsbang aan de tap zo'n zestig mensen Tot ze door het vuur verzwolgen zijn Laten we hopen Straalbezopen Drie dienstmeisjes van de Oud-Katholieke Kerk aan de Torenstraat dachten In de kluis, daar zit je veilig voor de bommen Dat was waar Maar met een half ingestorte kerk eroverheen Krijg je achteraf de kluisdeuren niet meer open En vervolgens kwam de brand Toen later puinruimers de kluis opentrokken Troffen ze op de bodem 1 verkoolde massa aan De man die 's ochtends zijn gezin nog heelhuids achterliet Vond half zijn Jonker Fransstraat platgelegd En brulde naar de lucht "Dit neemt ik godverdomme niet!" Nooit is Gods naam misbruikt met zoveel recht Voor zulke moorden Bestaan geen woorden Bij Douwe Egberts lag een pakhuis vol koffiebonen Die werden voor de tweede keer gebrand Toen ging het bluswater eroverheen dat aan de kook raakte Zo kwam het, dat de hele binnenstad dagenlang geurde Naar een schrijnend-gezellig sterk bakkie troost Op de Noordsingel kreeg de gevangenis een voltreffer Toen hebben ze de deuren opengezet En in de ouwe Diergaarde zijn de roofdieren doodgeschoten En de overige kooien opengezet Dus apen en papegaaien in de bomen langs de Westersingel Kangoeroes op de Kruiskade En struisvogels op de Binnenweg En in het smalle grachtje langs de Molenwaterweg Een zeeleeuw. En giraffes op 't Hofplein Maar de verraderlijkste beesten vlogen alweer ver Op thuisreis naar hun holen bij Berlijn Om zich te melden Als helden Onder het neergestorte puin heeft men het orgel horen zuchten Vruchteloos probeerde 't met z'n trappelende paarden weg te vluchten Brullend smeet het heel z'n waterval naar vuur en vlam Stervend heeft het toen de doodsklok nog geluid voor Rotterdam Een vals akkoord van heldenmoed Moord en brand en bloed En 't wonderorgel zweeg Voorgoed