Carla Bruni
Carla Bruni - Ballad at thirty-five Nederlandse vertaling songtekst
Je score:
Ballad at thirty-five
Dit, geen lied van een ingenue* Dit, geen ballade van onschuld, Dit is het rijm van een dame die haar natuurlijke verlangens volgde Dit, een solo van wijsheid Dit, een marslied van het sofisme* Dit, de som van alle experimenten Ik hield van hen, tot zij van mij hielden In sabelbont gekleed, Met as van myriaden vastentijden bedekt Bloemenboeketten van wijnruit dragend, Zo ga ik eeuwig in boetedoening Vaak zwerf ik, wanneer mijn hart spijt heeft door God's velden van het geheugen Stenen markerend, in mijn verering "Ik hield van hen, tot zij van mij hielden" Beelden schieten me te binnen, in een lang overzicht Marcherende rouwzuilen voor voorbije gebeurtenissen Ik was teder, en vaak, trouw Soms een prooi van het toeval Ik kende altijd het gevolg, Ik voorzag altijd hoe het zou aflopen We zijn zoals we gemaakt zijn, vandaag hield ik van hen, tot zij van mij hielden Prinsen zou ik nooit voor schut zetten, Zal je me niet herinneren in tederheid? Hier is mijn sterkte, en mijn zwakte, heren, Ik hield van hen, tot zij van mij hielden. * Ingenue: Onschuldig, naïef meisje of jonge vrouw Belangrijke rol in sommige literatuur, films, musicals of opera's die vertolkt wordt door een onschuldig jong meisje *Sofisme: In het antieke Griekenland de benaming voor het onderwijzen van filosofie en retorica door wijsgeren
Ballad at thirty-five
This, no song of ingenue This, no ballad of innocence This, the rhyme of a lady who Followed ever the natural bents This, a solo of sapience This, a chantey of sophistry This, the sum of experiments I loved them until they loved me Decked in garments of sable hue, Daubed with ashes of myriad Lents Wearing shower bouquets of rue Walk I ever in penitence Oft I roam, as my heart repents Through God's acre of memory Marking stones, in my reverence "I loved them until they loved me" Pictures pass me in long review Marching columns of dead events I was tender, and, often, true Ever a prey to coincidence Always knew I the consequence Always saw what the end would be We're as Nature has made us hence I loved them until they loved me Princes, never I'd give offense, Won't you think of me tenderly ? Here's my strength and my weakness, gents I loved them until they loved me.