Jasperina de Jong
Jasperina de Jong - Tussen zomer en winter songtekst
Je score:
De toekomst wacht en op de tast strompelt de mens over de aarde, op zoek naar richting en houvast, op zoek naar wegwijzers en waarden. De nieuwe goeroe zoekt het niets, de optimist zoekt een illusie, de Amsterdammer zoekt zijn fiets, de kerngeleerden willen fusie en bijna iedereen zoekt ruzie. Maar ik, maar ik, maar ik, ik ga mijn weg van hier tot ginter tussen zomer en winter. Tussen zomer en winter van het kastje naar de muur. En tussen acht en elf uur jeremieer ik. Ik voel de toekomst als een last, ik kan mijn jeugd niet terugverdienen. Eens was mijn lichaam van albast, nu smeekt het om alabastine. Mijn generatie zucht en schreit en ziet zijn wereldbeeld vergruizen. De een heeft spit, de ander spijt, de rest zit plotseling te pluizen in folders van bejaardenhuizen. Maar ik, maar ik, maar ik, ik ga mijn weg van Bruce tot Pinter tussen zomer en winter. Tussen zomer en winter en ik moet nog zoveel kwijt. Al wat ik nodig heb, is tijd en die ontbeer ik. Wat is de toekomst die ons wacht? ‘Der Untergang des Abendlandes! Dat heb ik echt niet zelf bedacht,’ dat zei een Duitse doctorandus. ‘Het avondland, daar wonen wij. Wij komen om door eigenwijsheid.’ En weet je wat hij ook nog zei? ‘Straks raken wij ons paradijs kwijt. Wij komen in een nieuwe ijstijd.’ Ach nee, welnee, al is de zomer weg, het is geen winter. Nee, voorlopig begint er niet zo’n ijzige winter. Zit dus niet in zak en as, want kijk, het is tenslotte pas, dat garande-erik… Herfst!