Vlaamse volksliederen
Vlaamse volksliederen - Aan de ongelukkige opgeeisten lyrics
Your rating:
Aan de ongelukkige opgeeisten Er geurt er niets rond hunne graven O neen , geen bonte bloemenperk En zelfs sluimert niet een dier braven In de sombere schaduw der kerk Geen kruisje wijdt den grond aldare Geen steen vermoemt zelfs hun naam Want helden die opgeeisten waren Tot bee vouwt elk zijn handen saam Gegroet zijt gij o martelaren Die t'leven in den vreemden liet Refrein Zij die voor t'vaderland Daar ver ten offer vielen Hebben hun heldengraf In t'diepst van onze zielen Waarom een marmeren beeld ? Om er bij neer te knielen Wat baat veel bloemenpracht Daar bij al die wee en smart Daar ligt gans alleen en vergeten Die kerel met de kloeke hand Die meer dan zijn plicht heeft gekweten Voor de vrijheid van t'vaderland In het woud zeer doods en verlaten Aan den stam van een eikenboom Kon dien trotsen eik maar praten Hij sprak hoe dien held er kwam om Hoe hij daar dien dapperen braven Door den honger werd neergeveld Refrein Geen mens kan die plek betreuren Geen hand zaait er bloempjes in t'rond Niet een vaas of een pracht van kleuren Versiert daar den heiligen grond Geen ruiker werd hem uitgekozen Op naamdag of sterfdag vol pracht Genen krans van tedere rozen Wordt hun daar van tijd eens gebracht Gij stierf moedig gij heldenscharen Op u denken velen nog niet Refrein ---------------------------