Ik woon in een rustig land 
Midden de natuur
Ik betrek een heel klein pand
Tegen een lage huur
’s Morgens word ik wakker
Door ’t kraaien van de haan
En ik vind mijn bedje weer…
Als de kippen slapen gaan

‘k Heb een huisje met een tuintje
Met een boompje waar de vogels kunnen zingen
In het kruintje van het boompje 
In mijn tuintje 
Oh meneer doe me een plezier
Bouw nooit of nooit een building hier
Oh doe me geen verdriet
In zo’n blokkendoos wil ik niet

Op een morgen stond het daar te pronken in de zon
Om te wonen, kant en klaar
Een kunstwerk van beton
De vogels gingen vliegen
Mijn boompje was eruit
Maar ach ja, wat wil je 
De wereld moet vooruit

‘k Had een huisje met een tuintje
Met een boompje waar de vogels kunnen zingen
In het kruintje van het boompje
In mijn tuintje
Oh meneer doe me een plezier
Bouw nooit of nooit een building hier
Oh doe me geen verdriet
In zo’n blokkendoos wil ik niet

‘k Woon in een welvarend land
Er blijft niet veel natuur
Ik betrek een heel nieuw pand
Tegen hoge huur
Maar die hoge muren
Vind ik maar dof en kaal
Maar ach ja, wat wil je
Ik ben niet erg sociaal

‘k Wil een huisje met een tuintje
Met een boompje waar de vogels kunnen zingen
In het kruintje van het boompje
In mijn tuintje
Oh meneer doe me een plezier
Bouw nooit of nooit een building hier
Oh doe me geen verdriet
In zo’n blokkendoos wil ik niet