Hij staat weer paraat
In vol ornaat
De morgen (de morgen)

En ik die nog dacht
Er komt geen eind aan de nacht
Maar ’t is morgen (’t is morgen)

Het is een morgen waarmee ik weet waar ik aan toe ben
Het is een morgen die ik zeer goed ken
Het is dezelfde als die van gisteren
Die weer hetzelfde was als die er voor

Hij kent geen respijt
Hij is steeds op tijd 
De morgen (de morgen)

Hij komt naar me toe
Hij wordt het nooit moe
De morgen (de morgen)

Het is de vijand waarmee ik weet waar ik aan toe ben
Het is een vijand die ik zeer goed ken
Het is dezelfde als die van gisteren
Die weer hetzelfde was als die er voor

Bij ’t ontbijt luister ik naar je oeverloos gezwam
Van een oom die nooit ging en dus blijk ook nooit kwam
Op de drempel geef je mij een kille zoen
Je zegt wat ik moet maten en wat ik moet doen

Wat een ellende

De dag is niet lang en ik ben zo bang
Voor ’s avonds
Het valt me zo zwaar, maar steeds is ie daar
De avond 

Het wordt een avond waarmee ik weet waar ik aan toe ben
Het wordt een avond die ik zeer goed ken
Het is dezelfde als die van gisteren
Die weer hetzelfde was als die er voor
Het is dezelfde als die van gisteren
Die weer hetzelfde was als die er voor