Willy Derby
Willy Derby - Mijn tante is verliefd op Vogt van de radio songtekst
Je score:
Mijn tante is een brave vrouw Nog maagdelijk en rein Ik schat ‘r vijftig jaren, maar Ze kan ook zestig zijn Ze heeft sinds kort een radio Voor ’n daalder in de week En sindsdien is het goeie mensch Gewoonweg glad van streek Toen zij een zeek’re stem vernam Stond ‘r ouwe hart in vuur en vlam Mijn tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Ze zegt: “Dat had ‘k nou nooit gedacht Maar ’t is nu eenmaal zoo” Z’is radeloos van dien radioman Ze zucht steeds ach en oh, want Tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Als Huizen komt of Daventry Is tante uit haar hum Maar ze klaart weer op, wanneer z’ hoort: “Hallo, hier is Hilversum Wanneer ze thee zet, fluistert zij: “Schat, drink j’ een kopje mee?” En in visioen zit zij met hem Fijn op de canapé En vaak, daar kan ze niets aan doen Geeft zij den loudspeaker een zoen Mijn tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Ze zegt: “Dat had ‘k nou nooit gedacht Maar ’t is nu eenmaal zoo” Z’is radeloos van dien radioman Ze zucht steeds ach en oh, want Tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Als buurvrouw op visite is Dan genereert ze wat En hoort ze Vogt dan vraagt ze: “Nou, wat zeg je van mijn schat? Maar buurvrouw doe m’ een lol En ga om een uur of negen heen Want dan komt “hij” en “hij”is maar Het liefst met mij alleen” Zegt buurvouw dan: “Je bent geschift” Dan gilt ze: “Lekker! Da’s de kift” Mijn tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Ze zegt: “Dat had ‘k nou nooit gedacht Maar ’t is nu eenmaal zoo” Z’is radeloos van dien radioman Ze zucht steeds ach en oh, want Tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Vóór ’t klokje twalef uren slaat Schiet zij haar bedstee in Dan wacht zij met een kloppend hart Op Vogt zijn laatste zin Als hij ‘r dan wel te rusten wenscht Ik heb vandaag weer effectief Plezier van je gehad Dan kust zij innig zijn portret Dat neemt ze altijd mee naar bed Mijn tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio Ze zegt: “Dat had ‘k nou nooit gedacht Maar ’t is nu eenmaal zoo” Z’is radeloos van dien radioman Ze zucht steeds ach en oh, want Tante is verliefd op Vogt Op Vogt van de radio