Wanneer de avond weer gaat dalen
De paartjes fluist'rend lopen dwalen
Wordt op geen kus, zo is gebleken,
en op geen leugentje gekeken

Als 't maantje stil lacht
dan houdt Amor de wacht
Bespiedt de paartjes die aan 't vrijen gaan
en ziet hun hart dan voor een schietschijf aan
De eerste pijl van die snaak is altijd raak
Je bent erbij, na de eerste zoen
daar is niks aan te doen

Hij zweert haar:"Schat 'k min jou ten zeerste".
Ze zegt hem stil: "Je bent de eerste".
Want de andere tien dat zal je weten
die heeft zij in de haast vergeten

Als 't maantje stil lacht
wordt aan trouwen gedacht
Ze legt haar vetvol maar wel hoofdje teer
dan op z'n pas gewassen frontje neer
Elke afstand verdwijnt
Als 't maantje schijnt
Je bent er bij, voor de eerste zoen
daar is niets aan te doen

De eerste pijl van die snaak is altijd raak
Je bent er bij, na de eerste zoen
daar is niets aan te doen