Van een slordige vrouw

k'Kwam lestmaal over den rijn
Tirelijn
Vliegenden duim
k'Kwam lestmaal over den Rijn
Al met een houten lepeltje
Dit zal mijn schipke zijn
Vliegenden duim
Dit zal mijn schipken zijn

k'Trof daar een herbergsken aan
Tirelaan
Vliegenden duim
k'Trof daar een herbergsken an
Waar ik eten en drinken en slapen kon
Maar k'moest er gauw vandaan
Vliegenden duim
Maar k'moest er gauw vandaan

De vrouw had ne pik op mij
Tirelij
Vliegenden duim
De vrouw had ne pik op mij
Zij meende da k'geen geld en had
En k'had nog meer dan zij
vliegenden duim
En k'had nog meer dan zij

De vrouw die had een schapraai
Tirelaai
vliegenden duim
De vrouw die had een schapraai
Van onder zette z'heur eten
Van boven haar salaai
Vliegenden duim
Van boven haar salaai

De vrouw die had er ne zin
Tirelin
Vliegenden duim
De vrouw die had er ne zin
Daar dat zij s'morgens uitkwam
Daar kroop zij s'avonds in
Vliegenden duim
Daar kroop zij s'avonds in
             ------------------