De ramp van den Titanic

De grootste schipbreuk van ten allen tijden
Is nu gebeurd overlaatst op de zee
Waardoor er honderden huisgezinnen lijden
Ganse families zijn in druk en wee
t'Schip werd op een ijsberg opengespleten
t'Water drong in het ruim met volle kracht
De passagiers slaakten angstige kreten
t'Was enen akelige nacht

Refrein
t'Was roepen en wenen
Och kom ons hulpe verlenen
t'Schip is aan het vergaan
Ach kom ons toch bijstaan
Maar geen hulp kon baten
velen moesten t'leven verlaten
Velen verdronken vol wee
In de woeste zee

De kapitein kwam t'gevaar te bemerken
Dat de boot reddeloos verloren was
Hij gaf t'sein om de redding te bemerken
En t'personeel deed zijn best nu alras
Wenende vrouwen en kinders te gare
Plaatste men eerstens op de reddingsboot
Dar scheidden zij van hun man of hun vader
Nu was de droefheid groot

Refrein

Geen reddingsboten waren nog te vinden
En zo veel mannen waren nog aan boord
d'Angst en de schrik kwam elkeen te verblinden
t'Was een gekerm , een geroep ongehoord
Intussen was de boot nog aan het zinken
De mannen traden de dood tegemoet
Nu moesten zij ginder allen verdrinken
Zij gaven elkaar moed

Refrein

Niemand die kon het vergaan verhinderen
Alles dat was nu te laat reeds betreurd
Onder de ogen van vrouwen en kinderen
Werden de mannen met t'schip meegesleurd
Enkelen waren in t'water gesprongen
En zwommen in dien onmeetbaren plas
t'IJskoude water liep in hunne longen
En zij stierven alras

Refrein
           -------------------------------