Vlaamse volksliederen
Vlaamse volksliederen - Albert tegen Guillaume songtekst
Je score:
Albert tegen Guillaume Op schonen dag toen zei de keizer met een air Zonder veel komplimenten aan koning Albert Ik moet passeren uw land , en houd u maar heel wijf Het is de kortsten weg om te gaan naar Parijs Refrein Albert zei : Dat draag ik mij niet aan Ik laat u door mijn land niet gaan Passeer , passeer , maar past op ons verweer Want de Belgskens die staan kleer Vol coleire zei de keizer : Wel gij kapoen Als gij dat refuseert zal ik den oorlog doen Ik heb geld , ik heb kanons , k'zal al doen wat ik kan Ik heb veel soldaten , en ik zie op gene man Refrein In Luik gekomen maakten de Duitsers ambras Ze dachten dat daarmee alles gewonnen was De keizer zei aan Bér : ziet wat er arriveert Zij niet meer zo koppig , ik ben gepresseert Refrein De keizer die zond duizenden soldaten af Omdat onze koning hem toch niet overgaf Ze kwamen rond Anvers , hij had ze niet gespaard Geef u over zei Lomme of ik maak mij kwaad Refrein Antwerpen werd bezet al na een korten tijd Maar slimmen Albert die was weg zonder lawijt De keizer dezen keer maakte hem razend kwaad Hij zond er terug soldaten , maar het was te laat Refrein Dat is nu tien maanden dat sinds onzen Albert Met al zijn soldaten slaat achter den IJzer De keizer razend kwaad blijft voor den IJzer staan Hij roept gelijk ne zot : Laat mij naar Calais gaan Refrein Albert zei aan Lomme : Wel doe gij maar voort Met alles wat gij wilt , gij geraakt hier niet door Gij moest u schamen van ons zo veel kwaad te doen Ik had dat niet gepeinst van u gijse kapoen Refrein t'Is waar zei Lomme , ik avoeeer Ik ben de grootste moordenaar Ik ga van hier weder terug naar mijn land En ik maak mij daar van kant Refrein _________________________________