In een file haast ter ziele uitziend over ’t spaarzaam groen
Zag ik blije nieuwe tijden in een heerlijk visioen
Ja, de dagen onzer plagen, lieve broeders gaan voorbij
Uit dit duister rijst de luister van een nieuwe maatschappij
‘k Zie de stijve stramme lijven aan hun auto’s vastgegroeid
Zich terdege weer bewegen op de fiets opnieuw ontbloeid
‘k Zie de kimmen reeds ontglimmen van een nieuw groots vergezicht
Holland trapt weer, Holland hapt weer frisse lucht en heerlijk licht
‘k Hoor de bellen reeds vertellen hoe gezond mijn volk zal zijn 
O, de adel van een zadel doorgezeten zonder pijn
Vaders, moeders, zusters, broeders, gans een natie één van zin
In versnelling op de helling van een heerlijk nieuw begin
Hoor de brave oude naven zingen in een hartenklop
Ja, de rampen onzer dampen trekken in de Randstad op
Zie ze malen de pedalen van een volk weer kloek en sterk
Holland hijgt weer, Holland tijgt weer zwoegend, ploegend aan het werk
Holland leeft weer, Holland streeft weer, ieder rijwiel is hersteld
In het verleden fietst het heden, bellend heb ik het u voorspeld
Holland strijdt weer, Holland rijdt weer met een vaart van twintig plus
Holland uit zijn stank herrezen, Holland van zijn waan genezen
Fietst zich weer het lazarus