Tot spijt van wie het benijdt
komt nu voor ons de tijd.
Dat eerlijkheid en zaligheid
duurt tot in de eeuwen tijd.

Want wij wandelen de weg
die leidt naar het geluk.
Tot spijt van wie het benijt.
Tot spijt van wie het benijt.

Wij schuwen nu al wat grijs en grauw is.
Laat ze maar praten, ook al is het roddeltaal.

Want ons leven is als een droom die van ons te wij is.
En elke zoen is voor ons hart een straling als een zonnestraal.

Tot spijt van wie het benijt
komt nu voor ons de tijd.

Dat eerlijkheid en zarigheid
Duurt tot in de eeuwigheid.

Tot spijt van wie het benijt
Komt nu voor ons de tijd.

Dat edelijkheid en zaligheid
duurt tot in de eeuwigheid.