WAS OP EEN MOOIE DAG, 
TOEN IK JOU ZAG OP HET STRAND. 
EN IK VROEG JE NAAM, 
DAAROP GAF JE MIJ EEN HAND. 
ZEVEN MAANDEN LATER TOEN WERDEN WIJ EEN PAAR. 
WE ZIJN NU HEEL GELUKKIG, 
EN DAT AL VIJFTIEN JAAR. 

ALS IK JOU IETS VRAAG, 
STA JIJ ALTIJD VOOR ME KLAAR. 
DAG NA DAG, JAAR NA JAAR. 
ALS IK JOU IETS VRAAG, 
HEB JE STEEDS AANDACHT VOOR MIJ. 
GEEN ANDER LUISTERT ZOALS JIJ. 

HET KOMT OOK WEL VOOR, 
DAT IK WEG MOET GAAN 
IK DROOM DAN VAAK VAN JOU, 
EN ZIE JE VOOR MIJ STAAN 
OP TERUGREIS NAAR JOU, 
KOMEN DROMEN DICHTERBIJ 
NIETS GAAT SNEL GENOEG 
WANT JIJ WACHT DAN OP MIJ 

ALS IK JOU IETS VRAAG, 
STA JIJ ALTIJD VOOR ME KLAAR. 
DAG NA DAG, JAAR NA JAAR. 
ALS IK JOU IETS VRAAG, 
HEB JE STEEDS AANDACHT VOOR MIJ. 
GEEN ANDER LUISTERT ZOALS JIJ.

ALS IK JOU IETS VRAAG, 
STA JIJ ALTIJD VOOR ME KLAAR. 
DAG NA DAG, JAAR NA JAAR. 
ALS IK JOU IETS VRAAG, 
HEB JE STEEDS AANDACHT VOOR MIJ. 
GEEN ANDER LUISTERT ZOALS JIJ.

GEEN ANDER LUISTERT ZOALS JIJ. 
GEEN ANDER LUISTERT ZOALS JIJ.
GEEN ANDER LUISTERT ZOALS JIJ.