lalalalalalalalalalalalalalalalala
lalalalalalalalalalalalalalalalala

Toen tante To in Amsterdam
Vanmorgen naar beneden kwam
Om vijf voor half zeven, oh oh
Toen zei ze heel verwonderd hey
Wat zit daar op de canapé
Wat zal ik nou beleven

De hele kamer was versperd
Want op de sofa zat een hert
En tante To riep ksst en vond, hoho
Ze gooide met een keukenbord
Maar ’t beest bleef rustig binnen

lalalalalalalalalalalalalalalalala
lalalalalalalalalalalalalalalalala

Daar zat ’t bij de radio
Terwijl tante T
Niet wist wat te beginnen,oho
En heel lang opgewonden werd
Want op de sofa zat dat hert

Ze heeft de brandweer opgebeld
En ’t ook aan ome Bert verteld
En aan de commissaris oho
De buren uit de hele wijk
Die kwamen en ze riepen, kijk
Daar zit ie nou, kijk daar is

lalalalalalalalalalalalalalalalala
lalalalalalalalalalalalalalalalala

’t Is toch wat, zei ome Bert
Daar op de sofa zit een hert
Maar niemand die er raad op wist, oho
Daar zat ’t beest, ’t wou beslist
Die kamer niet verlaten

In vredesnaam zei tante To
Vooruit ’t is nou eenmaal zo
We zullen ‘t daar maar laten, oho
Ze heeft er zich bij neergelegd
Nu is ze aan ’t hert gehecht
En kan nu niet meer zonder

lalalalalalalalalalalalalalalalala
lalalalalalalalalalalalalalalalala

En bovendien aan ’t gewei
Daar hangt nu ’t eetgerei
Van boven en van onder, oho
En tante To zegt, ’t is niet gek
Ik heb een weeldig pannenrek
Zo is ’t goed naar mijn gevoel
En ’t hert heeft ook een levensdoel

lalalalalalalalalalalalalalalalala
lalalalalalalalalalalalalalalalala