Kor Van der Goten
Kor Van der Goten - Antwerpen songtekst
Je score:
Antwerpen, stad van musea Waar geen sterveling ooit een voet binnenzet. Nijlpaarden, giraffen en zebra's Zorgen voor de toeristische pet. Op de wandelterrassen Riekt men het zout uit de zee. Op een bank aan de Schelde Zit er een oude fee. Meeuwen omzweven de gotische toren, Die vrouwe toren van mijn hart. 300 dagen per jaar gutst de regen Op Brabo z'n Grote Markt. Antwerpen, stad van de haven Rotterdam speelt kat met die muis. Dokwerkers torsen de lasten Op hun schouders en soms mee naar huis. Op de wandelterrassen Riekt men het zout uit de zee. Uit exotische landen Koffie, bananen en thee. Meeuwen omzweven de gotische toren, Die vrouwe toren van mijn hart. 400 dagen per jaar gutst de regen Op Brabo z'n Grote Markt. Antwerpen, stad van de straatjes Vol met de vrouwtjes voor rijk en voor arm. Rubens die staat op de Groenplaats, Zelfs hij krijgt het daarvan soms warm. Op de wandelterrassen Riekt men het zout uit de zee. In de Antwerpse plassen Spiegelt een blonde fee. Meeuwen omzweven de gotische toren, Die vrouwe toren van mijn hart. 500 dagen per jaar gutst de regen Op Brabo z'n Grote Markt. Antwerpen had Kongoboten Maar nog steeds geen universiteit. Stad ook van Kor van der Goten Die er 's avonds een aardig stukje vrijt. Op de wandelterrassen Zat eens een blonde maagd. En ik wou met haar vrijen, 'k Heb haar zo zoet gevraagd. Kindje jij bent het verrukkelijkste wezen Reik mij jouw rode mond. Ik zou dat maar laten zei 't kind mijner dromen Ik hou alleen maar van blond.