Ik kom normaal bij mijn geliefde niks tekort
Totdat haar aandacht in beslag genomen wordt
Door haar neefjelief van twee
Zodra die dondersteen zich in de buurt bevindt
Bestaat voor haar alleen nog maar dat ene kind
En daar speelt ze uren mee

Ze haasjeovert, schuitjevaart en memoryt
En draait hij alle plaatjes om dan geeft dat niet
Alles pikt ze van dat joch
Ze kijkt verguld naar alles wat die kleine doet
En als die jengelt dat hij limonade moet
Geeft ze hem z'n zin ook nog

Vanaf de bank bekijk ik hoe het meisje daar
Dat ooit van mij was toen ik nog bestond voor haar
Nu met hem een puzzel legt
En legt hij eindelijk het laatste stukje neer
En wil hij daarna nog een keer en nog een keer
Doet ze vrolijk wat hij zegt

Als het mooi weer is, gaan ze naar de dierentuin
En als hij liever naar het strand wil naar Kijkduin
Met een emmer en een schep
Terwijl ik in het lege huis m'n hersens plaag
Vertwijfeld zoekend naar een antwoord op de vraag:
Wat heeft hij dat ik niet heb?