In een woonwagen ben ik geboren.
Daar voel ik me blij,
Als een vogel zo vrij.
In een woonwagen ben ik geboren.
Dat blijft voor altijd.
't liefste plekkie voor mij.

Ik zie de mensen heel vaak kijken,
Als ze langs ons kamp heen gaan.
Het is alsof ze willen zeggen: "kijk me daar dat zootje staan".

Laat ze dan maar binnen komen.
Kom de wagens maar eens zien.
Want het is van binnen schoner dan in menig huis misschien.

In een woonwagen ben ik geboren.
Daar voel ik me blij,
Als een vogel zo vrij.
In een woonwagen ben ik geboren.
Dat blijft voor altijd.
Het liefste plekkie voor mij.

In een flat daar wonen mensen,
De één kent de ander niet.
En ze weten ook maar zelden van een andermans verdriet.
Dat kan men van ons niet zeggen.
Al is het ook niet altijd vree.
Maar bij vreugde en droefheid leeft het hele kamp steeds mee.

In een woonwagen ben ik geboren.
Daar voel ik me blij,
Als een vogel zo vrij.
In een woonwagen ben ik geboren.
Dat blijft voor altijd.
Het liefste plekkie voor mij.

In een woonwagen ben ik geboren.
Dat blijft voor altijd het liefste plekkie voor mij.

Dat blijft voor altijd het liefste plekkie voor mij.