Hans van Deventer
Hans van Deventer - Jeugdgodinnen songtekst
Je score:
'Lieve Heer, ik wil u even vragen of ik, als ik in de hemel kom, daar ook mijn geëmigreerde meisje vind met haar Canadese vrind en haar Canadese kind? Ziet u, Lieve Heer, 'k heb vrouw noch kindje; ik wilde ze zo graag, dat weet u wel; om mij een verdriet te besparen ga ik liever eenzaam naar de hel’. Het hele brave burgerleven zou ik dolgraag willen geven voor een avontuurtje uit mijn jeugd zo'n handjevol verdriet en vreugd met Loesje, Margo en Marjolein Al ben ik ouder nu en grijzer ik ben geen syllabe wijzer In mijn lijf stroomt nog het wilde bloed dat mij maar steeds herinneren moet aan jaren die allang vervlogen zijn Waar zijn de kleine Jeugdgodinnen die ik eeuwig wou beminnen Ik aanbad de stem, de leuke snoet en het raadselachtig ondergoed van Loesje, Margo en Marjolein Ik speelde pias, slaaf, geliefde al naar gelang 't hen beliefde en verruilde zelfs mijn vriendenschaar voor een nattig kusje hier en daar Zo'n bagatel waarvoor geen woorden zijn Waar zijn die meisjes van 't verleden met hun ziel- en zaligheden Op ieder peluwtje van mollig mos borduurde ik er flink op los met Loesje, Margo of Marjolein En in het lover langs de dijken kwamen zelfs konijnen kijken als ik, ondanks een verbeten strijd met de angst en de verlegenheid een kleine Casanova wilde zijn Ze zijn voorbij de jonge jaren zonder mij een dag te sparen Als rovers met een rijke buit zo knepen zij ertussen uit met Loesje, Margo en Marjolein Van al die meisjes van mijn dromen heb ik nooit meer wat vernomen Zij behoren nu een vreemde vent met hun charmes en hun laatste cent Het ergst is nog dat zij tevreden zijn Ik wil de dag dat ik zal sterven heus geen paradijs beërven Ik voel me zonder jullie toch niet thuis in het hemelse bejaardenhuis Loesje, Margo en Marjolein Maar mochten jullie mij begraven laat dan de zwarte paarden draven door het park en door die stille laan waar nog altijd onze stappen staan en letters die allang onleesbaar zijn