Zijn er in de mei bijen op de hei?
Wie gaat zo’n zin verzinnen, daar ga ik niet aan beginnen
Toe nou, blijf er effe bij
Zijn er in de mei bijen op de hei?
‘Zijn’ dat schrijf je met een lange
Dat is waar, of ik mag hangen
‘Mei’ moet kort zijn, zou ik zo zeggen, net als ’t ei dat vogels leggen
‘Bijen’ lang, dus “bij de bijen”, schrijf je met twee lange ij-en
Lange eieren bedoel je, dat was humoristisch voel je?
Ome Ko, kap nou eens even, ‘hei’ wordt met ei geschreven
Alsjeblieft de zin is klaar, dus de volgende dan maar

Kleine fijne Gijs dreint altijd op reis
‘Klein’ moet met een korte ei zijn
Kijk die Gijs eens effe bij zijn
Ik ben Krijn hoor, ouwe sufferd
Wou jij er een voor je snufferd
Mensen geen gebakkelei nou. Het woord ‘fijn’ wat voor een ij nou?
Lang, ‘Gijs’ ook maar nou dat ‘dreinen’
Korte ei, net als in treinen
Altijd lang zoals bij tijden, glijden, lijden en verblijden
‘Reis’ daar zit een korte in, kijk eens aan alweer een zin

Kijk, een grijze pijl die doorsnijdt de dweil
‘Kijk’ is lang net zoals ‘grijze’
‘Pijl’ gaat op dezelfde wijze
‘Snijden’ ook alleen die ‘dweil’ nog
Die gaat met een korte ei toch?
Inderdaad, ziezo daar staat ze. Zeg eens mensen, nog een laatste
Nee hoor, laten we maar kappen. Ik begin echt af te knappen
Goh, het viel me toch nog tegen
Heb jij ook zo’n dorst gekregen?
Het eerste rondje is voor mij

Opzij, opzij, opzij
Opzij, opzij, opzij
Want wij gaan hijsen met een lange ij          
Opzij, opzij, opzij
Opzij, opzij, opzij
Want wij gaan hijsen met een lange ij