Het schijnt dat zij tegenwoordig
Niet meer van gisteren zijn
Het schijnt dat zij tegenwoordig
Zijn

Het schijnt dat zij vriendelijk als altijd
Niet noodzakelijk meer achter kookfornuizen staan
Dat is de reden waarom in de tegenwoordige tijd
IK moet leren hoe ik zelf spaghetti maak

Het schijnt dat zij in de vaat durven laten staan
Als zij daar geen zin in hebben
Het schijnt zelfs dat ze mij durven laten staan
Als ze daar geen zin meer in hebben

Maar gelukkig
Staan er nog
Vrouwen achter de toog

Het schijnt dat zij, als ze braaf zijn
In de hemel komen
Het schijnt dat, als ze stout zijn
Dan komen ze overal

Behalve thuis als ik daar ook ben
Na een dag hard-labeur
Pas op! Je hoort mij niet klagen
ER is immers geen oor voor mijn gezeur

Maar gelukkig
Staan er nog
Vrouwen achter de toog