Frans Halsema
Frans Halsema - De jongen en het meisje songtekst
Je score:
Ze waren eindelijk alleen De jongen en het meisje De jongen en het meisje En het bos stond om hen heen Ze zagen grote regenbogen Van liefde in elkanders ogen En keken er verwonderd naar Ze lazen van elkanders monden De woorden die niet zeggen konden Hoe ze verlangden naar elkaar En ’t bos werd donker, diep en dicht En waar het laatste avondlicht Weemoedig afscheid had genomen Vond hij de plek in ’t struikgewas En lei haar op zijn regenjas Als in een nest onder de bomen Ze kregen takjes in hun haar De jongen en het meisje De jongen en het meisje Met de monden op elkaar Maar dan opeens, in ’t groen verscholen Braken wel zeventig violen In prachtige akkoorden los Van rechts naar links, van onder, boven Een strijkorkest, niet te geloven Een heel muziek geworden bos De jongen riep: ‘Dit is te gek We zochten naar een stille plek En daar gaat die muziek beginnen’ Maar een stem boven hun hoofden zei: ‘Die strijkmuziek die hoort erbij Als twee elkaar voor ’t eerst beminnen Onze muziek op dit moment Is u uit elke film bekend Dat is het lot van elke vrijer U denkt maar even aan de sound In elk product van Paramount of Metro Goldwyn Mayer’ Ze vluchten weg van het orkest De jongen en het meisje De jongen en het meisje Als twee vogels uit hun nest En nog verliefder dan tevoren Liepen de twee in ’t bos verloren Op zoek naar ’t allerdonkerst groen Zij zag niet meer waar hij haar leidde En op het laatst zijn jas neerspreidde Maar zij verloor zich in zijn zoen Maar nu, vanwaar toch en waarvoor Daar barstte een geweldig koor Los in een wilde serenade Tenor en alt, sopraan en bas Maar honderdvoudig. Ja, het was Of zich een donderstorm ontlaadde ‘Wat nu weer’, riep de jongen boos Maar boven hem zong argeloos Een koor van duizend kelen: ‘Dit is het lied van het geluk Dat hoort in ieder Russisch stuk Als twee verliefden spelen’ Toen zijn ze treurig weggegaan De jongen en het meisje De jongen en het meisje En de ochtend brak al aan Ze kwamen op bedauwde wegen De eerste zonnestralen tegen En verder was de wereld leeg Toen vonden zij het hoge koren Dat hen beloofde niet te storen En dat zich opende en zweeg En daar beminden zij elkaar En werd hij helemaal van haar De liefste aller bruiden En toen hij daarna naast haar lag En naar de blauwe hemel zag Gingen de torenklokken luiden En God die alles hoort en alles ziet Ook deze zanger en zijn lied Sprak door de wijde ether: ‘Ik trek wel niet zo’n groot publiek Maar wat betreft mijn showmuziek Doe ik de timing beter’