Ik zag je huppelen
over het smalle sawadijkje,
een verdwaalde eend achterna.
Zo handig, zo vlug
alsof je jezelf vasthield met je voeten
aan de modder.

Ik zag je spetteren
met je vriendinnen bij het beekje.
Je hielp je moeder daar.
Met je sterke vingers
stond jij je T-shirt uit te wringen
in het water.

Ik zag je kijken
op het erf vanachter het muurtje.
Je had je T-shirt aan.
Je keek naar een jochie,
je draaide met je ogen om hem te plagen.
Je lachte hem uit.

Ik zag je dansen
die avond bij het licht van de olielampen.
Je had een kroon van
klaterglitters in je haar,
je droeg een goudbrokaat gewaad
Met veiligheidsspelden vastgemaakt.

Je voeten bewogen zo kalm en voorzichtig,
je vingers gebaarden zo sierlijk, zorgvuldig,
je grote ogen keken er zo ernstig bij
dat ik er tranen van kreeg.
Ik wist niet dat een kind zo dame kon zijn
en een vrolijke meid zo prinses.

Ik zag je naar huis rennen
na afloop van de voorstelling.
Je had je T-shirt weer aan,
een blikje cola in je hand.
Dat had je wel verdiend.