Edwin Rutten
Het Klokhuis & Edwin Rutten - Tantes teringzooi songtekst
Je score:
Mijn tante die kon wonen, wat woonde tante mooi! Wat was toch dat wonderschone van die ontiegelijke teringzooi? Je kon van alles daar ontdekken wat zij zelf al vergeten was: brillen op de raarste plekken, schaakstukken in een oude jas. Kapotte stoelen met drie poten, een stapel boeken als poot vier. Glazen potjes, kleine en grote, wat flessen daar, wat kussens hier. Die lekke teil vol plastic rozen, dat was ook weer geen gezicht. Oude Libelles puilden uit dozen. Ze had het nooit ingericht. Toen is tante tachtig geworden, toen moest tante naar een tehuis. Maar daar was alles goed op orde, daar voelde tante zich niet thuis. Tante is toen maar gestorven. Ze zei: ‘Ik denk dat ik er maar mee stop.’ Die schemerlamp, van haar georven, die geef ik never nooit meer op. Je hoefde echt niet aan te komen met woontips, Ikea, Des Bouvrie. Ik moet telkens van haar kleretroep dromen als ik een meubelboulevardhoek zie. Toen is tante tachtig geworden, toen moest tante naar een tehuis. Maar daar was alles goed op orde, daar voelde tante zich niet thuis.