Je zit te schrijven het licht is schaars 
ik volg je schaduw bij het schijnsel van een kaars 
't is nu niet nodig dat ik jou bereik 
omdat ik soms zo graag alleen maar naar je kijk 

Ik denk terug aan hoe het ooit begon
en ik door jou m'n angsten overwon
je wijze woorden leken een geschenk 
en ik lach en ik denk 

Als toeters en bellen (toeters en bellen)
hoor ik bij jou (en jij bij mij) 
bij toeters en bellen (toeters en bellen) 
denk ik aan jou 

Je legt je pen neer en gaat dan staan 
en je kijkt me wat afwezig aan 
als je vraagt waarom ik lach zeg ik 
dat je bijna alles weten mag 

je vraagt me: wil je nog thee 
ik schud m'n hoofd en ik zeg nee, nee  
en dan verdwijn je en ik kijk je na 
en ik zwijg en ik lach en ik denk 

Als toeters en bellen (toeters en bellen)
hoor ik bij jou (en jij bij mij) 
bij toeters en bellen (toeters en bellen) 
denk ik aan jou 
hoe moet ik nog vertellen dat ik van je hou 
toeters en bellen die hoor ik bij jou (jou, jou) 

Hmmm, hmmm

Als toeters en bellen (toeters en bellen)
hoor ik bij jou (en jij bij mij) 
bij toeters en bellen (toeters en bellen) 
denk ik aan jou 
hoe moet ik nog vertellen dat ik van je hou 
toeters en bellen die hoor ik bij jou (jou, jou)

Aaahhhhaaa, aaahhhaaaa
(Toeters en bellen)
(die hoor ik bij jou)