Hoeveel wegen al die honderden beloften dan.
Die ik al heb gedaan.
Ik kan mij niet meer herinneren.
Aan wie en waar.
En welke ik gebroken heb.
En welke ik onthouden.

‘t Is nooit genoeg.
‘t Is te veel om op te noemen.
Wat je goed wil doen.
En alles komt te vroeg.
't Is nooit genoeg.
Maar het moet toch zo gebeuren.
Want het opent soms de deuren.
Naar de man die ik ben.
De man de ik was.
De man die ik zal zijn.
Als dit alles over is.

Hoeveel wegen kan ik afgaan.
Voor ik val voor jou.
Hoe ver kan ik nog.
Is het.
Wel de moeite waard.
Als ik een eed afleg.
En zo mezelf weer vastleg.
Door me vrij te houden.

‘t Is nooit genoeg.
‘t Is te veel om op te noemen.
Wat je goed wil doen.
En alles komt te vroeg.
't Is nooit genoeg.
Maar het moet toch zo gebeuren.
Want het opent soms de deuren.
Naar de man die ik ben.
De man de ik was.
De man die ik zal zijn.
Als dit alles over is.

Een man een man.
Een woord een woord.
Waar het om gaat.
Is wie het hoort.

De man die ik ben.
De man die ik was.
De man die ik zal zijn.
Als dit alles over is.

De man die ik ben.
De man die ik was.
De man die ik zal zijn.
Als dit alles over is.