Wie heeft er een kam zonder haar en kan niet buiten een hen? Iemand, die ik ken? Hij kraait als de maan opschuift voor de zon en zingt dan kukeluku en toktoktiedo.

Ben ik bij een kip
Dan verlang  ik naar de ander  
Ben ik bij de ander 
Dan droom ik van een kip die ik nog niet ken
En dan verlang ik naar nog meer
Droom ik alweer van de volgende 

Ik wil altijd zijn
Waar ik niet ben
Kukeleku
Van nu en dan 
Van dan en nu
Van op de stok 
En op de wip
Kukeluku
Ik zie weer een kip  


Ben ik bij een kip
Dan verlang  ik naar de ander  
Ben ik bij de ander 
Dan droom ik van een kip die ik nog niet ken
En dan verlang ik naar nog meer
Droom ik alweer van een volgende keer 

Ik wil altijd zijn
Waar ik niet ben
Kukeleku
Van nu en dan 
Van dan en nu
Van op de stok 
En op de wip
Kukeluku
Ik zie, viola, weer een kip  

Wip, wip, wip, wip
Ik zit bovenop een kip
 O, ben ik blij
Zegt een ei
Op een stok
Kukeleku
Van nu en dan 
Van dan en nu
Aj,aj, wat ben ik blij
Kijk mij eens staan
Ik ben een haan