Kobe Kwak woont in een hut
Tussen Kalmthout en Wuustwezl 
Met een impotente ezel
En nog ander dierengrut
Hij verdrijft bij volle maan
Allerhande boze geesten
Spoken en behekste beesten
En hij kan er van bestaan.

Hij staat wijd en zijd bekend 
Om zijn kruiden en zijn pillen
Die de ergste pijnen stillen
Hij zit barstensvol talent

Kobe Kwak kan helderzien
Dat werd meer dan eens bewezen
Hij kan in je handen lezen
Voor een luttel cent of tien
Op zijn paspoort staat vermeld
Kwak Jacobus ,beroep, zonder
Want hij wil liefst geen gedonder 
Met zijn zuurverdiende geld

De belastingambtenaar 
Heeft zo stilaan een vermoeden
Kobe Kwak is op zijn hoede
Speelt zijn rol van kluizenaar

Met de schimmel op zijn hoed 
Muizenkeutels in zijn klompen
Voor de rest gekleed in lompen
Houdt hij alle dieven zoet
Want in een ouwe holle eik
Overdekt met paddestoelen
Liggen tientallen miljoenen
Kobe Kwak is stinkend rijk

Dus heb je last van rode hond
Kouwe koorts of etterbuilen
Lig je in je bed te huilen
Kobe maakt je weer gezond

Zit de duivel in je lijf
Heeft de weerwolf je gebeten
Ben je van het kwaad bezeten
Heb je ze niet alle vijf.
Eén adres , één enkele naam
Kobe Kwak voor alle kwalen
En vergeet niet te betalen
Want ik ben zijn enige, wettige erfgenaam .

(c) Tekst & Muziek: Jan Versantvoort