Paulus de piraat, Paulus de piraat,
ja, Paulus is de man waar ieder vol ontzag van praat.
Op elke wereldzee
roept iedereen: ‘O jee!
Daar komt piraten Paulus aan,
het is met ons gedaan!’
Paulus de piraat, Paulus de piraat,
ja, Paulus is de man waar ieder vol ontzag van praat.

Joho, joho, het zeegat uit,
de kapersvlag in top,
de zeewind blaast de zeilen bol
en bruint mijn stoere kop.
Ik reef de zeilen, bras de raas
en steek de linkerloef.
Geen zeeman die mijn meester is
als ik mijn bakzeil snoef.
Als andere schippers binnen blijven,
bang voor zware storm,
vaar ik met volle zeilen uit.
Dan voel ik mij enorm.

Paulus de piraat, Paulus de piraat,
ja, Paulus is de man waar ieder vol ontzag van praat.
Op elke wereldzee
roept iedereen: ‘O jee!
Daar komt piraten Paulus aan,
het is met ons gedaan!’
Paulus de piraat, Paulus de piraat,
ja, Paulus is de man waar ieder vol ontzag van praat.

De schepen die ik tegenkom,
die enter ik pardoes.
Want tegenstand is nutteloos,
'k sla iedereen tot moes.
Zo werd er eens een hele vloot
op Paulus afgestuurd.
De heerschappij van Paulus, vond men,
had te lang geduurd.
Maar toen de strijd begonnen zou
en ik mijn bloedvlag hees,
sloeg iedereen al op de vlucht
toen ik maar naar hen wees.

Als ik een schip veroverd heb,
dan ken ik geen pardon:
ik kielhaal ieder zonder meer
die klevend overwon.
Alleen aan één ding heb ik al
sinds lang een broertje dood
en als men daar ooit achter komt,
dan is de schande groot.
Dan ben ik in 't gevecht niets waard,
dan sla ik op de vlucht.
Ja, voor dat ene wapen ben
ik meer dan wat beducht.


Paulus de piraat, Paulus de piraat,
ja, Paulus is de man die je met groot gemak verslaat.
Op elke oceaan
is het gauw met hem gedaan.
Als je het goede wapen kiest,
is 't Paulus die verliest.

Help! Ik ben bang voor water!