Zjef Vanuytsel
Zjef Vanuytsel - De Zanger songtekst
Je score:
Aan de rand van de stad, zitten 's avonds in huizen De deftige heren, van het zakendoen Op hun fluwelen sofa's, met hun versierde dames De toonbeelden van het fatsoen En de radio speelt zacht, over verloren liefdes En d'er kan niets gebeuren, en het leven is goed Aan de rand van de buurt, in het burencafé Zitten deftige dronkaards, en hij roept Hey jij daar bleke jongen, kom wees niet zo stil En neem je gitaar en speel wat wat je wil Maar zorg er toch voor, dat ik vannacht, rustig slapen zal En de zanger is moe, maar hij neemt zijn gitaar en hij zingt Alles wat men hem vraagt, alles wat men hem zegt, hij zingt Lalalalala ..... Achter de groene heuvels, van riante kastelen Spelen magere kinderen met het vuil van de straat De vermoeide gezichten, van hun slordige moeders Het gejank van een straathond, die wild wordt verjaagd Op de rand van de stoep, speelt een straatmuzikant Met kramp in zijn vingers, en hij wacht op een fooi De ontwijkende blikken, van haastige mensen Gegiechel van meisjes, nee hij is niet zo mooi Een rozige dikkerd, komt vrolijk voorbij Werpt geld in de schaal, en brabbelt heel blij Kom zing me dat lied, van ze hield zo van mij Ik heb je daarvoor ... beloond En de zanger is moe, maar hij neemt zijn gitaar en hij zingt Alles wat men hem vraagt, alles wat men hem zegt, hij zingt Lalalalala ..... En elke dag weer, om vijf uur precies Loeien harde sirenes, het werk is gedaan Fabrieken ontsluiten, nu haastig hun poorten En zwijgende mensen, reppen zich naar de straat Verkeerslichten flitsen, getoeter van auto's Drukdoend'agenten, in het zinloos lawaai Maar in duistere dancings, spelen handige jongens Onder vrolijk geleuter, de hits van de maand Op de dansvloer staan meiden, kunstmatig te wiegen En hop naar de juke-box, loopt een soepele knaap Gerinkel van geldstukken, in de machine Daar klinkt de zoveelste plaat En de zanger is moe, maar je hoort zijn gitaar en hij zingt Alles wat men hem vraagt, alles wat men hem zegt, hij zingt Lalalalala ..... De tribunes staan vol nu met huilende mensen Hysterische meiden, de tol van de roem De persjongens praten, een blos op de wangen Er is veel applaus nu, dus alles is goed Muziekklanken dreunen, keihard door de zaal Camera's wachten, en de spanning stijgt En plots in het licht, van de blauwbleke lampen Geschreeuw van de massa, en de zanger verschijnt Een simpele jongen, lijkt buiten zichzelf nu Zwaait wild met zijn armen, en hij roept Hey jij daar beroemde jongen, kom wees niet zo stil En neem je gitaar en speel wat wat je wil Maar zorg er toch voor, dat ik vannacht, rustig slapen zal En de zanger is moe, maar hij neemt zijn gitaar en hij zingt Alles wat men hem vraagt, alles wat men hem zegt, hij zingt Lalalalala .....