Willy Derby
Willy Derby - Tante Griet wat wordt je mager songtekst
Je score:
Tante Griet kwam van 't land in de burgerstand, ze was moddervet en kogelrond. Ze woog schoon aan den haak tot een elk vermaak, om en te bij driehonderd pond. Maar ze was in de stad pas een week of vijf, toen vielen de lappen van haar lijf want ze dee met de stee'dlijke dametjes mee. Elk die haar zag klaagde, “ach” Tante Griet wat wordt je mager, mens waar is toch al je vet. Je gewicht wordt steeds maar lager, en je rammelt als een skelet. Tante Griet wat wordt je mager, noem je dat de slanke lijn. Van die vlaggenstokken gaan er, vierentwintig in een dozijn. Toen z'een jaar in de stad had gebivakeerd, was ze als een bezemsteel zo slank, En nog steeds dronk ze haar wijn voor de slanke lijn voor en van achter als een plank Maar d'r handen die bleven als kreeft zo rood, en ook d'r voet werd maar niet klein Ze had handschoen maat achttien en aan d'r voet, maat achtenveertig met pijn. Tante Griet wat wordt je mager, mens waar is toch al je vet. Je gewicht wordt steeds maar lager, en je rammelt als een skelet. Tante Griet wat wordt je mager, noem je dat de slanke lijn. Van die vlaggenstokken gaan er, vierentwintig in een dozijn. Tante Griet hier d'r kuur, zodat op den duur, kon ze makk'lijk door een lampeglas. En ze kwam twee keer binnen voordat je d;r zag omdat ze haast onzichtbaar was. Met d'r puntroller was ze weer een zeek're keer, bezig toen is er iets gekraakt. Ze was dood en met de botjes van Tante Griet, hebben ze de kachel aangemaakt. Tante Griet wat wordt je mager, mens waar is toch al je vet. Je gewicht wordt steeds maar lager, en je rammelt als een skelet. Tante Griet wat wordt je mager, noem je dat de slanke lijn. Van die vlaggenstokken gaan er, vierentwintig in een dozijn.