Het lied van boerke Naas

Wie heeft er nooit het lied gehoord , het lied van boerke Naas ?
Hij had , t'is waar geen leeuwenhart , maar toch was hij niet dwaas
Boer Naas die was twee runderen gaan verkopen in de stee
En bracht als hij naar huis toe ging zes honderd franken mee
Boer Naas die maar een boer was , was toch wel scherp van zin
Hij ging en kocht een zevenschot en stak daar kogels in
Alzo kwam Naas met stappekes licht en met zijn beurze zwaar
Hij dacht och k'wilde dat ik thuis in mijn bedde waar
Al met een keer wat hoort boer Naas juist bij hem in den tronk
Daar roert etwat , daar roert etwat , en Naaskens hart verzonk
En eer dat ventje adem kreeg , zodanig was hij ontsteld
Daar grijpen Naas twee vuisten vast en hij ligt daar neergeveld
En hoorde nog en zag bijkan en voelde bijkans niet
Tenzij dat hij een pistool zag en zeggen hoorde : Ik schiet
Ik schiet zo gij op staanden voet niet al uw geld mij geeft
En ge hebt van zo gij roert mijn man uw laatsten dag geleefd
Boer Naas die alle dagen vijf of zes kruisgebeden bad
Om lang te mogen leven peinsde hoe hij in nesten zat
Wat zal ze zeggen kreet boer Naas wanneer ik huiswaarts keer
Hij heeft het weerom al verbuisd die zatlap nog ne keer
Hoort hier mijn vriend believe  t'oogt dat gij minzaam zijt
Och schiet een kogel door mijn hoed en spaar mij t'vrouwen verwijt
k'Zal zeggen als ik thuisgeraak men heeft mijn geld geroofd
Een letter scheelt het of ik had een kogel door mijn hoofd
De dief die meer van duiten hield als van boer Naas zijn bloed
Schoot rap een kogel door en door de kobbe van zijn hoed
Bedankt zei Naas en greep zijn jas , schiet nog eens door mijn kleed
De dief legt aan en Naasken houd zijn pitteleer gereed
Schiet nu nog een door mijn broek zei Naas dan peist mijn wijf voorwaar
Dat ik als bij mirakel ben ontsnapt aan lijfsgevaar
De rover zegt : Nu zal t'wel gaan , waar is uw beurze snel
Ik heb geen tijd nog kogels meer , ik wek zegt Naas ik wel
Zijn zevenschot haalt Naas toen uit en spreekt
Als gij u niet in een twee drie verdwijnt galgendwijl ik schiet
Ik schiet als gij nader komt uw dommen kop in gruis
En zo gij Naas nog roven wilt , laat uw verstand niet thuis
En lopen dat de rover deed , de benen van zijn lijf
Zo snel dat t'onbeschrijflijk is hoe snel ik dit ook schrijf
Hier stop ik t'lied een voos op boerke Naas
t'Is waar hij had geen leeuwenhart maar toch was hij niet dwaas
           ------------------------------------------------