Gazet van Antwerpen

Vandaag is het 125 jaar geleden
Dat de gazet zag t'eerste licht
En altijd heeft zij trouw gestreden
Voor t'doel waarvoor ze is gesticht
Zij strijdt voor godsdienst , goede zeden
Voor kunst en voor de moedertaal
En blikt reeds fier op haar verleden
Als op een echte zegepraal

Zij geeft u t'nieuws steeds alle dagen
Van t'binnen en van t'buitenland
Wel honderd duizend man die dragen
Haar in den zak of in de hand
Eenieder wil er ook in zetten
Aankondigingen groot en klein
Waarop duizendenden mensen letten
Om goed en trouw bediend te zijn

Gering haar prijs , zo moet het wezen
De ambachtsman die slaaft en sleurt
Moet bij het rusten kunnen lezen
Al wat er zo al is gebeurd
In t'land ofwel bij ons geburen
Of bij den Djek of bij den Pruis
En of er weer geen vieze kuren
Gebeurd zijn hier op ons stadhuis

Op ons stadhuis waar er nog zitten
Zo twintig krukken , klein en groot
Die anders niets meer doen dan vitten
En spelen maar op hunnen poot
Want sinds daar kloeke mannen kwamen
Zijn de gedachten fel op hol
 Van al die blauwe geuzenkramen
Daar er nu einde'lijk is control !!!

Daar wil dat boeltje niet van weten
Zij konkelfuisden liefst alleen
Dat is nen doorn in hun teen
Van al die vieze liber - uilen
Die wisten door hun vrij gedacht
t'Blazoen der stad zo te bevuilen
Tot schande van het nageslacht

Iets waar zij zich zeer om verstoren
Dat is als met een waar gekijf
De haan van ons lieve vrouwe toren
hun deerlijk zit op t'geuzenlijf
Dan zouden zij de stuipen krijgen
En lopen ja , zoals daar lest
Doorheen die zwakken logevijgen
Lijk een vertrapte mierennest

Ja , de gazet die zal niet stoppen
Als op de grote markt
In t'huis , waar nest'len nog wat geuzenkoppen
Er iets gebeurt wat is niet pluis
Aan t'klokzeel zullen wij het hechten
En t'volk zal weten ook al ras
Al wat er door die logeknechten
Geknoeid wordt in die glazen kas !

Dus lezers , neemt ons blad in handen
Het is de vriend van ieder huis
Het dient tot t'goed der werkmansstanden
Ook tot der geuzen grote kruis
En blijft trouw alle dagen t'lezen
Dan zult ge zien langs welken kant
De mannen van de vrijheid wezen
Die minnen stad en vaderland
            --------------------------