De maneblussers

In de stad van Sint Rombaldus
Riep op zekeren winternacht
Zwijmelend lijk een oude Zwitser
Vriend Machielken uit al zijn kracht
Wat een ramp in t'vaderland
O wat een ramp in t'vaderland
Burgers kom den toren blussen
Sint Rombaldus staat in brand

Al de Mechelaars in hun slaapmuts
Liepen naar de Dijle heen
Brachten duizend emmers water
Naar den toren die gloeiend scheen
Wat een ramp in t'vaderland
O wat een ramp in t'vaderland
Burgers kom den toren blussen
Sint rombaldus staat in brand

Op sinjoorken door zijn venster
Die dat vreselijk leven zag
Al dat lopen blussen plassen
Schoot plots in een schaterlach
Wat een ramp in t'vaderland
O wat een ramp in t'vaderland
Burgers kom den toren blussen
Sint Rombaldus staat in brand

Guitig wees hij naar de maane
Die in t'oosten al helder klom
En den toren rood verlichte
Waar noch vuur of vlammeke glom
Mechelaars gaat maar weer te ruste
Mechelaars gaat maar weer te rust
Burgers laat de maan maar branden
Want die krijgt ge nooit geblust
             ------------------------