Theo Nijland
Theo Nijland - Zondagskind songtekst
Je score:
Ze riepen dat de vijand kwam en dat ik me moest haasten Nu lag ik juist een boterham met heel dik pindakaas te eten helemaal voor mij alleen Wat zou ik me dan haasten Ik wist ook niet waarheen Ze wilden dat ik opstond en dat ik met ze meeliep maar ik lag net zo fijn tussen de boterbloemen en mijn been sliep De vogels floten en de zon die scheen Wat zou ik dan met ze megaan Waar gingen ze dan heen? Pas toen ik heel die vijand alweer bijna was vergeten zag ik dat - inderdaad zeg alles in de puin lag huizen in de steek gelaten Dood - verderf en ledematen en allemaal gebeurd terwijl ik lekker in Gods tuin lag Ik was een zondagskind ‘k lag altijd ergens in het gras Soms tilde ik m’n hoofd op om te zien of wat er was Ik lag daar lekker uit de wind Ik lag daar goed Ik was een zondagskind Ze riepen dat ‘t oorlog was en dat ik op moest schieten Ik lag net weg te dromen tussen de margrieten - de wei was helemaal voor mij alleen Wat zou ik dan gaan hollen? Ik wist ook niet waarheen Pas toen ik heel die oorlog alweer bijna was vergeten zag ik - inderdaad zeg - stapels lijken langs de kant van de weg daarachter stond een stad in brand allemaal gebeurd terwijl ik lekker tussen de margrieten lag Ze riepen dat het vrede was en dat ik blij moest wezen Ik dacht: nou goed - als ’t dan moet ‘k lag net lekker te lezen - maar ‘k had al gemist wie of die oorlog was begonnen Dan toch maar ’s even zien wie of ‘m had gewonnen Was ik maar blijven liggen zeg Ik heb ’t wel geweten Bespogen werd ik, kaalgeschoren het licht werd uit mijn ogen geslagen het bloed uit mijn oren man, een godsgloeiende pijn en allemaal omdat het vrede was Omdat ik blij had moeten zijn Ik was een zondagskind Ik was een vredig dier Ik deed nooit iemand kwaad Toch hang ik hier ‘k Hang aan de hoogste boom te drogen in de wind Ik was een zondagskind