Ik weet niet waarom ik terugkwam,
ik weet niet wat ik hier zoek.
Alles is gesloten,
zelfs die tent daar op de hoek,
waar we ’s avonds uren zaten
wat te drinken, wat te praten,
is nu verhuisd of opgedoekt.

Ooh, ooh,
Een badplaats in de winter
is het ergste wat er is.
Erger dan een splinter
in je oog of het gemis
van een badplaats in de zomer
of een pedal steel gitaar
of de enige foto die ik nog heb van haar.
van haar, van haar
oeh, oeh, oeh oeh,
van haar, van haar

Ik loop door de lege straten
zoek naar sporen of bewijs
dat het allemaal geen droom was,
gesponnen suiker, waterijs.
En de zon ging schijnen als ze lachte,
nu moet ik daarop maanden wachten,
tenzij ik naar het zuiden reis.

Ooh, ooh,
Een badplaats in de winter
is het ergste wat er is.
Erger dan een splinter
in je oog of het gemis
van een badplaats in de zomer
of een pedal steel  gitaar
of de enige foto die ik heb van haar
van haar, van haar.
he, he, he, he,
van haar, van haar

In tafels komen krassen.
In mensen net zo goed.
Vooraf kan niemand zeggen
hoeveel pijn  zoiets doet

Ooh, ooh,
Een badplaats in de winter
is het ergste wat er is.
Erger dan een splinter
in je oog of het gemis
van een badplaats in de zomer
of van een pedal steel gitaar
of de enige foto die ik nog heb van haar.
van haar van haar
he, he, he, he
van haar van haar
he, he, he, he
van haar van haar