Het was gister weer zo’n avond van mij en Mamaloe
Dat we uren konden praten over ijs met slagroom toe
Over de eenvoud aller dingen en het sterven van een kind
Hoe een startpunt eindigt en een sleutelbos begint
Ik zag vingerhoedjes vliegen op een indianentooi
Ik zag een heel klein piepklein mannetje op een schitterende vlooi
Ik zag een vrouw die een muis was, ik zag een mens aan stukken breken
Ik zag een kabouter die zijn leuter in zijn eigen oor kon steken

Het was gister weer zo’n avond van mij en Winnetoe
Dat we uren konden praten en we werden maar niet moe
Ik zag kikkervisjes sterven, ik zag een uitgedroogde slak
Ik zag het licht van alle werelden in een bevroren zak
Ik zag een groepje zigeuners een kalf offeren aan God
Maria Magdalena pijpte Plato in een grot
Ik zag een wandelend stuk pizza, met een verdwaalde kat
Ik zag een vliegend deeltje Nijmegen dat zich verstopte in een gat

Wiggelwaggelwaggelaar
Wie lacht daar om de lacheraar?