Het schijnt dat in de Bijbel staat:
Bemint uzelf zoals uw naaste
En kijk, ik zie mezelf graag

Telkens als ik mijn ogen sluit
Kijk ik recht in die van haar
En zing ik stiekem: ‘Hallelujah’

Hallelujah, hallelujah
Hallelujah

Ik zie haar met mijn ogen dicht
Blote buik, schoon gezicht
Kijk, dit is wat men noemt geloven

Je gelooft je ogen niet
En in dit lied
Geraak ik niet verder dan ‘Hallelujah’

Hallelujah, hallelujah
Hallelujah

Uren staren voor het raam
Ik heb hier al zo vaak gestaan
Ik woonde immers alleen voor ik jou kende

Voor jij in de spiegel stond 
Naakt en één en al triomf
Wat rest is een gebroken  ‘Hallelujah’

Hallelujah, hallelujah
Hallelujah

Waar is de tijd dat jij mij
Honderduit betekende dat jouw
Onderbuik kon kreunen van verlangen

Da’s waar. Ik heb dat vaak gehoord
Een schoon geluid. Ik deed mee in koor
En jij, jij zuchtte ‘Hallelujah’

Hallelujah, hallelujah
Hallelujah


En ik al iets van de liefde
Heb geleerd dan is ’t wel dat ze
Keer op keer mij weet te vergeten

Pas op, je hoort van mij geen snik
Je ziet geen traan
Ik gun haar dat niet
Je hoort alleen een gebroken ‘Hallelujah’

Hallelujah, hallelujah
Hallelujah