Liselore Gerritsen
Liselore Gerritsen - Stijntje Marijntje songtekst
Je score:
Achter m’n huis in het blauwe bootje wiegde de wind me heen en weer de zon was rood en de witte duifjes van Stijntje Marijntje fladderden neer tussen de koeien, de eenden, de schapen tussen het loeien, het kwaken, het blaten op het weiland van Jan Vergeer Stijntje Marijntje is gestorven toch nog te vroeg, zeggen ze dan maar voor iemand, die zo alleen is zijn de jaren twee keer zo lang Stijntje Marijtje zal niet door mensen alleen door haar dieren worden gemist je hoorde haar rammelen, klappen, lokken fluiten, koeren, klakken, tokken omdat ze als geen ander wist aan mooie woorden heb je niks Toen Stijntje Marijntje werd begraven sprak geen mens een afscheidswoord ook geen bloemen, nergens tranen maar nog nooit zijn er bij een begrafenis zoveel zingende vogels gehoord Nu staat het huisje van Stijntje Marijntje er aan de Meije geschrokken bij hond, kat en kippen zijn weggehaald daarna de pony en behalve de geit zijn alle duifjes opgepakt maar ik zag, hoe er een is ontsnapt over de Meije naar het land van Vergeer en ik wist: die pakken ze nooit meer Achter mijn huis in het blauwe bootje elke avond weer strijkt de ziel van Stijntje Marijntje in de gedaante van een duifje hagelwit en fladderend neer tussen de koeien, de eenden, de schapen tussen het loeien, het kwaken, het blaten op het weiland van Jan Vergeer