Lenette van Dongen
Lenette van Dongen - De Goingarijpster poelen songtekst
Je score:
De zeilen staan bol in de Zuidoostenwind ’t Is warm en de weiden zijn groen “Komaan”, riepen wij ondernemingsgezind “Vandaag gaan we Friesland doen” Ik had iets van Sloten of Heeg voorgesteld Maar jij had ambitieuzere doelen Jij wilde dit keer met alle geweld Naar de Goingarijpster Poelen Met de spinnaker uit in een stevige bries Ging het stuk tot Woudsend vliegensvlug Maar toen leden we onverwachts tempoverlies Door een keu voor de Jelteslootbrug En bij iedere haven en sluis bleek het van De mooiweerkapiteins te krioelen God, hoe komen we ooit voor zonsondergang Op de Goingarijpster Poelen Maar de wind zingt in de stagen En het grootzeil klappert zacht Is het nodig om te jagen Nota bene op een jacht? Is dit nu de Geeuw of de Zuidsedstervaart Of de Lageweerder Wielen misschien? Ik vrees dat we door het getuur op de kaart Het baken niet hebben gezien Je moppert: “Nu zijn we de weg ook nog kwijt” En je trekt ongeduldige smoelen Zo komen we nooit van ze leven op tijd Op de Goingarijpster Poelen Maar de zon schijnt in de zeilen In de rietkraag zwemt een fuut Waarom haasten, waarom ijlen? ’t Komt niet aan op een minuut De wind is gaan liggen, de zon staat al laag Het schip komt haast niet meer vooruit We kunnen het dus wel vergeten vandaag Maar ach, wat maakt het ook uit We dobberen zacht in een doodstille kreek Ik begin me wat rozig te voelen Wat mij betreft zijn we pas over een week Bij de Goingarijpster Poelen Witte wolken, groene bomen Blinkend water voor de boeg Waarom moet je ergens komen Onderweg zijn is genoeg