Joost Prinsen
Het Klokhuis & Joost Prinsen - Hoe komen dieren in de dierentuin? songtekst
Je score:
Luister, luister, er is elke nacht bij de ingang van de dierentuin een groot gedrang. Men hoort gejuich en smeekbeden en schelden: de dieren komen om zich aan te melden. De directeur aan het loket met veel papieren, die vult de namen in van alle soorten dieren: ‘Olingo, slankbeer, twee (zie encyclopedie), tarsius, tarsius twee, ook wel spookmaki, gestreepte zebra, plompe lori, bavianen, secretarisvogel,’ mompelt hij, ‘twee ara’s, twee varanen, een luipaard, snel, en een luiaard, nogal een slome.’ En alle dieren bang dat ze op een wachtlijst zullen komen. De rij groeit aan, de rij wordt almaar langer en het wachtende gedierte dat wordt almaar banger. De pampahaas, zenuwachtig achteraan de rij, roept naar de directeur: ‘Hé, kan ik er nog wel bij?’ Elk dier dat toegelaten wordt, is reuze opgelucht, is voorgoed de strijd om het bestaan ontvlucht. De pinguïns hadden schoon genoeg van barre kou en sneeuwl; de gazelle zoekt bescherming, wil nooit meer bang zijn voor de leeuw; de leeuw wil nooit meer voor zijn voedsel hoeven rennen; de tapir kon nooit aan de onrust in het oerwoud wennen; de olifant, hijgend aan de jacht ontkomen op zijn kostbare ivoor en de zebraslang dringt zachtjes sissend stiekem voor. ’s Ochtends sluit de directeur het aanmeldingsloket en zegt: ‘’Het spijt me, pampahaas, kom morgennacht maar terug, ik ga naar bed.’
Copyrights:
Auteur: Hans Dorrestijn
Componist: Harry Bannink
Publisher: ?
Details:
Uitgegeven in: 1990
Taal: Nederlands
Laatst bijgewerkt door Anonymous op Thursday 23rd of June 2011 21:59