Joost Nuissl
Joost Nuissl - Gabriël songtekst
Je score:
Het geschiedde een dag, niet zo heel lang geleden Dat God Gabriël op een zondag zond beneden Zond God Gabriël naar de aardse domeinen Om te zien hoe ze rijlden en zeilden, de zijnen Maar het gaf al te denken dat God sprak tot Gabriël Ga eerst naar de herdertjes, vraag naar hun wee en wel Want Gabriël ging en keerde weer En hij sprak: waarlijk, lieve Heer Ach Vader, het spijt me nochtans zeer Maar herdertjes bestaan niet meer Er zijn er misschien nog een stuk of twee Maar die worden betaald door de VVV Ik zie potverdrie, de eeuwen zijn snel vergaan Ga eens terug Gabriël en wandel eens langs de baan Ga eens zoeken beneden, langs velden en dreven En meld mij per omgaande of ze nog leven De vreemde arme snuiters, zo moede van het wand'len De reizende kooplui in raar ongeregeld spul De marsen vol flessen en fluiten en garen Met borstels en bijbels en meer van die flauwekul En Gabriël ging en keerde weer En hij zei: waarlijk, lieve Heer Ach Vader, het spijt mij nochtans zeer Maar marskramers bestaan niet meer Er zijn er misschien nog een stuk of twee Maar die rijden nu rond in een grote slee Wel ik allemachtig, dat is meer dan kras, zei God Als ik wist dat zoveel in een oogwenk veranderd was Zei 'k godallemachtig donder en hel Terug Gabriël, ga zoeken en snel Naar rakkers en schouten, lakeien, herauten Naar hageprekers en lantarenopstekers En vrienden in den ronde, minnaars van enen ziel En liggen de Geuzen nog voor Den Briel  Zoek naar profeten en zoek naar profanen Heksenverbranders en Samaritanen Geef je ogen de kost en kijk nu eens goed een keer Of vertel je me straks: lieve Heer, die bestaan niet meer En Gabriël ging en keerde weer En hij zei: waarlijk, lieve Heer Ach Vader, het doet mijn hart wel zeer Maar die zijn er inderdaad niet meer Laat niemand naar binnen, laat niemand mij storen Laat ik geen engeltje zingen meer horen Gabriël, waarschuw de hemelpoortwachter Want dit wordt te gek, de Heer zelve loopt achter Ik heb geen tijd om te communiceren God zelf heeft waarachtig nog heel wat te leren Vraagt ge u af, beste vrienden, hoe is het gekomen Dat van God sedert lang niets meer is vernomen Wil dan uit dit versje het volgende leren Heden vernam ge hoe vreemd 't kan verkeren Want God is niet dood, dus houd hem in ere Maar hij heeft geen tijd want hij moet studeren