Jan Rot

Jan Rot - Uit vieze filmpjes weet je (Aus alten Märchen winkt es ) songtekst

Je score:

Uit vieze filmpjes weet je: Geluksland is dichtbij
Vakantie voor een beetje poëet, want daar maakt liefde blij
Waar naakte jonge goden zich vlijen op hun zij
Voor iedereen verboden, ja, allemaal voor mij

Die liggen met hun kontjes de hele dag omhoog
En al die natte mondjes, we houden het niet droog
En zware lichtmatrozen die houden trouw de wacht
Terwijl wij minnekozen de hele lange nacht
En hebben ze verdrietjes zing ik ze teder toe
Met lieve liefdesliedjes vol 'me and I love you'
En al die knappe knapen die klappen trots en blij
Een apenrots vol schapen, mijn jongensboerderij

Ach! Ach! Ach, kon ik zo maar leven, dan had de liefde zin
't Is moeilijk toe te geven, 'k geloof er niet meer in
een nachtzoen van mijn kussen, een vaste hand in bed
Geluksland wenkt ondertussen…
Nee, 's nachts heb ik zo'n pret dat ik nooit mijn wekkertje zet!
Vind dit lied op:
bol.com
amazon.com

Copyrights:

Auteur: Heinrich Heine / Jan Rot

Componist: Robert Schumann

Publisher: ?

Details:

Uitgegeven in: 2000

Taal: Nederlands

Komt voor op: Van Rot los (2000)

Deel je mening

Dit formulier wordt beschermd door reCAPTCHA en de Google Privacy Policy en Servicevoorwaarden zijn daarbij van toepassing.

1 Reacties gevonden

Uit de Dichterliebe-cyclus van Robert Schumann, geschreven door Heine tussen 1816-1823 en gecomponeerd kort na 1840.

Aus alten Märchen winkt es
hervor mit weißer Hand,
da singt es und da klingt es
von einem Zauberland';

wo bunte Blumen blühen
im gold'nen Abendlicht,
und lieblich duftend glühen
mit bräutlichem Gesicht;

Und grüne Bäume singen
uralte Melodei'n,
die Lüfte heimlich klingen,
und Vögel schmettern drein;

Und Nebelbilder steigen
wohl aus der Erd' hervor,
und tanzen luft'gen Reigen
im wunderlichen Chor;

Und blaue Funken brennen
an jedem Blatt und Reis,
und rote Lichter rennen
im irren, wirren Kreis;

Und laute Quellen brechen
aus wildem Marmorstein,
und seltsam in den Bächen
strahlt fort der Widerschein.

Ach! könnt' ich dorthin kommen,
und dort mein Herz erfreu'n,
und aller Qual entnommen,
und frei und selig sein!

Ach! jenes Land der Wonne,
das seh' ich oft im Traum,
doch kommt die Morgensonne,
zerfließt's wie eitel Schaum.