Het Klokhuis
Het Klokhuis & Ellen Pieters - Midwinterballade songtekst
Je score:
Wie maar lang genoeg wacht, zal in Twente bij nacht op een keer de midwinterhoorn horen, dat juweel van de Twentse folklore. Bij dat tuintje met moes, waar een Tukkers Lös Hoes de verdwaalde toerist kan bekoren, kun je ’s nachts de midwinterhoorn horen. Bij een put in de wei van die pachtboerderij buigt een boer zich wat stijfjes naar voren en hij laat de midwinterhoorn horen. Als een boer met een pet er zijn zinnen op zet, worden oermelodieën geboren, die hij boven de welput laat horen. Het is akelig koud en het kreunt in het woud en de dageraad wil maar niet gloren en je blijft de midwinterhoorn horen. Er komt soms een wit wief net zo stoer als een dief uit die put om wat beter te horen wat haar nachtrust is komen verstoren. Eer de boer ervan weet, heeft het wief hem al beet om zijn klaagzang voor eeuwig te smoren. En zo gaan onze boeren verloren. Ze zijn martelaars van de folklore.