Ik denk de hele dag aan Lowietje 
In elke droom komt hij voorbij
Want hij krijgt heel wat voor z’n kiezen
Maar hij gaat voor niks opzij
Laat Lowietje maar gaan
Laat Lowietje maar gaan

Wacht maar tot ie straks de kampioen is 
De Nederlandse leeuw is goud omrand
En als ie ons verblijdt met dat trofeetje 
Dan wordt ie mooi de koning van ons… 
Oh, oh, oh, Lowietje,Lowietje
Oh, oh, oh, Lowietje, Lowietje 

Ik denk de hele dag aan Lowietje 
Niemand is zo geschikt als hij
Uit heel veel mannen kan ie kiezen
Maar elf staan er in de wei
Laat Lowietje maar gaan
Laat Lowietje maar gaan

Wacht maar tot ie straks de kampioen is 
De Nederlandse leeuw is goud omrand
En als ie ons verblijdt met dat trofeetje 
Dan wordt ie mooi de koning van ons…
Oh, oh, oh, Lowietje, Lowietje
Oh, oh, oh, Lowietje, Lowietje 

De Copacabana ligt er verlaten bij
De zon ketsend op het strand 
Oranje, paast nog eens opzij
Tikkie, takkie, uit Nederland
Van kansloos is geen sprake
De leeuw geeft z’n tanden bloot
Hij schreeuwt het van de daken
Louis Van Gaal, wat is ie groot

Laat Lowietje maar gaan
(laat Lowietje maar gaan)
Laat Lowietje maar gaan 
(tot zover dit gedicht voor Lowietje)

Wacht maar tot ie straks de kampioen is 
De Nederlandse leeuw is goud omrand 
En als ie ons verblijdt met dat trofeetje 
Dan wordt ie mooi de koning van ons land 

Oh, oh, oh, Lowietje, Lowietje
Oh, oh, oh, Lowietje, Lowietje