Frans Halsema
Frans Halsema - Floris de Vijfde songtekst
Je score:
De roemruchte Floris de Vijfde Was al wees toen hij nog werd gezoogd Toen zijn pa werd gedood Nam zijn oom hem op schoot En noemde zich Floris de Voogd Die oom was verzot op toernooien Waaraan hij ook zelf meedeed Maar een ridder te paard Trof hem zo met een zwaard Dat hij neerviel en overleed Nu begon er een hevige strijd om de macht Want Floris de Vijfde was nauwelijks acht Hij werd net op tijd meerderjarig ’t Had maar een haartje gescheeld Of de eed’len in ’t land Hadden onderdehand Heel Holland in brokjes verdeeld Des konings opmerkelijke slimheid Heeft vrienden en vijand verbaasd Hij gaf rechten en zo Aan de steden cadeau En de edelen zaten er naast Tot nog toe werd steeds de belasting Door de ridders persoonlijk geïnd Dus voor z’n besluit ‘Vanaf nu is dat uit’ Maakte Floris zich alom bemind Maar nog steeds werd de moord op zijn vader betreurd Hij trok naar West-Friesland waar dat was gebeurd Hier stietten zij op een riviertje Ze bouwden een dam en daarna Was de vijand de klos Floris sloeg er op los En nam wraak voor de dood van z’n pa Er restte nog slechts een probleempje Het graf van zijn vader was zoek Een stokoude vent Heeft tenslotte bekend: ‘Genade, ’t is hier om de hoek’ ’t Mysterie vond snel zijn ontknoping Het lichaam lag onder de haard In Zeeland werd het In een graf bijgezet En voor de historie bewaard Helaas wachtte ook Floris een gruwelijk lot: Twee edelen smeedden een smerig complot ‘Wij nodigen Floris de Vijfde’ besloten zij ‘uit voor de jacht We rijden ‘m klem En dan hebben we hem Want daar is hij niet op verdacht’ Zo zetten Van Woerden en Aemstel In de struiken zich heimelijk schrap En drukten hun vorst Plots een dolk op de borst Die dacht nog: ze maken een grap Maar nee, dat was niet de bedoeling: Hij las in hun ogen de haat En begreep vanaf toen Dat hij niets meer kon doen En het slachtoffer was van verraad! Op zijn paard vastgesnoerd ging hij naar ’t Muiderslot Alwaar men hem wierp in z’n eigen cachot Eer de poorters hem konden bevrijden Vermoordde Van Velzen hem laf En Van Aemstel zei kwiek: ‘’t Was misschien niet zo sjiek Maar nu zijn we voorgoed van ‘m af’