Vaak heeft menig poëet al z'n aandacht besteed
aan de lente, zijn mooiste seizoen.
Want hij hield van een kers, elke pot rook
nog vers en de bomen die werden al groen;

Maar de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de herfst vind ik fijn voor zijn heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.
Ja de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn,
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de herfst vind ik fijn voor z'n heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.

Ach kom, laten we nu vrolijk feesten,
't is een dag om gelukkig te zijn.
Hé wat zit in m'n hoofd te tempeesten.
Ben jij dat of is het de wijn?
Elke dichter allicht schreef een liefdesgedicht
over stranden waar zon pal op staat.
Ook een dichter die zucht voor een hel blauwe lucht,
want dat doe ik niet want ik heb slaap.

Maar de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de de herfst vind ik fijn voor zijn heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.
Ja de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn,
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de herfst vind ik fijn voor z'n heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.

Carrousel jij draait nog nu je stil houdt,
ja ik voel het aan mijn hoofd.
Hé daar, zweer me nu dat je van mij houdt.
Zelfs als jij er niet in gelooft,
een mislukte poëet die het steeds beter weet,
noemt de winter het mooiste seizoen.
Een klein dorpje misschien onder sneeuw niet te zien,
daar is 't hem nou allicht om te doen.

Maar de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn,
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de herfst vind ik fijn voor zijn heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.
Ja de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn,
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de herfst vind ik fijn voor z'n heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.
Maar de herfst vind ik fijn want dan perst men de wijn,
die de zorg uit m'n zwaar hoofd verjaagt.
Oh de herfst vind ik fijn voor z'n heerlijke wijn,
en z'n wind die een liefdeslied draagt.