De klokken van het dorp jagen angstig door met slapen
De ratten uit de armenwijk staan me aan te gapen
Tot ik hen een pootje vraag
Ze vluchten door de beukenhaag
Ik zoek gezellen in het dorp om dennenappels te rapen

   De muzikant staat op zijn kop
Er stijgen witte merels op
De rechter die dit hoort
Zoekt zich best een sterk akkoord 
En hangt zich op

De bokser kijkt brutaal maar voelt zich toch verlegen
De priester maakt met groot gebaar een zeer geslaagde zegen
O, wat heeft de kerel spijt 
Als hij zich plots zijn schedel splijt
Spreeuwen vliegen uit zijn kop, het telraam telt er negen

   De muzikant staat op zijn kop
Er stijgen witte merels op
De rechter die dit hoort
Zoekt zich best een sterk akkoord 
En hangt zich op

De man met zijn vioolkist is om de hoek verdwenen
Aan het Martelarenplein begint hij voor de maan te spelen
De katten zingen jankend mee
De violist kijkt heel tevree
Tot de hemel opengaat en God begint te wenen

   De muzikant staat op zijn kop
Er stijgen witte merels op
De rechter die dit hoort
Zoekt zich best een sterk akkoord 
En hangt zich op

Er ratelt nog een oude tram door de lege straten
Er zitten dertig lijken op, compleet met worm en gaten
Plots de bel, de tram houdt stop
Er stappen zeven gieren op
Zwijgend sta ik toe te zien; hier kan geen hulp meer baten

   De muzikant staat op zijn kop
Er stijgen witte merels op
De rechter die dit hoort
Zoekt zich best een sterk akkoord 
En hangt zich op

In het posthuis wil ik sterven dus ik klop aan het loket
Maar een man heeft een bordje 'gesloten' voorgezet
En dat is een voor later
Wij namen de psychiater
Want ik zou wel eens willen weten hoe hij zo een toestand redt

   De muzikant staat op zijn kop
Er stijgen witte merels op
De rechter die dit hoort
Zoekt zich best een sterk akkoord 
En hangt zich op