Hans De Booij:
De tijd zit erop en we varen weer thuis
Het duurt nog maar enkele weken
Een paar keer op wacht en dan kom ik naar huis
Dan zullen w'elkander weer spreken
Dus, dit is de laatste brief die ik je schrijf
Kijk 's avonds maar goed in de krant
Dan weet je precies waar ik ben en ik blijf
Voordat ik weer t'rugkom in 't land

Hans De Booij:
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Dan gaat m'n hart wat sneller slaan
Ik weet dat jij op mij zult wachten
En dat je aan de kaai zult staan
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Is 't of ik in je ogen kijk
Die zo heel veel liefs vertellen
Dan ben ik als een prins zo rijk.

Wannes Van De Velde:
Je weet wel, m'n schat, dat ik veel van je hou
Dat hoef ik je niet te verklaren
Een zeeman is dol op z'n kind'ren en vrouw
Maar toch moet hij altijd weer varen
Maar heeft soms de zee iets verkeerds met me voor
En krijg ik voorgoed averij
Denk dan aan de kind'ren en sla je er door
Maar spreek hun dan dikwijls van mij.

Hans & Wannes:
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Dan gaat m'n hart wat sneller slaan
Ik weet dat jij op mij zult wachten
En dat je aan de kaai zult staan
Zie ik de lichtjes van de Schelde
Is 't of ik in je ogen kijk
Die zo heel veel liefs vertellen
Dan ben ik als een prins zo rijk.