Walter De Buck
Walter De Buck - de spiegelkas lyrics
Your rating:
Overtijd nen onderpaster had een spiegelkas gekocht om zijn kleren in te leggen en dat wierd hem thuis gebrocht en de brave man die was er toch zodanig van voldaan dat 't hij seffens ging gaan melden aan zijn vriend de kapelaan En gelijk al d'onderpasters had hij ook een jonge meid om zijn kandelaars te schuren voor heur zielken zaligheid de kapelleke te onderhouden en daarbij 't wijwatervat en die had nu juist een zweere op de kake van heur gat Zek'ren dag nu was Marietje heel en gans alene thuis zij ging op mijnheer zijn kamer stillekens gelijk een muis rap heur kleren uitgetrokken zelfs heur hemde op de grond om in 't spiegelglas te kijken hoe dat met haar zwere stond En terwijl zij ze aandachtig met haar zwere bezig was en aandachtig was te loeren in de spiegel van de kas hoort z'opeens twee stemmen klappen en ook op denzelfden stond hoort ze stappen op de trappen en al haar goed lag op de grond Wat daarmee te beginnen rap grijpt z'haren tenue springt de spiegelkasse binnen daar stond Eva in statue En terwijl de onderpaster samen met de kapelaan heel aandachtig op de kamer voor de spiegelkas bleef staan 't is voorwaar een prachtig meubel en zeker een goed gerief sprak de kapelaan, en zeker niet goedkoop, da?s positief Wedde dal er duizend franken of nog meer hebt voor betaald of ten waardat g'er een zielken voor uit d'helle had verlost Wadde, sprak de onderpaster 'k ga 't U zeggen lijk het is 'k heb ze gistren per occasie voor half geld en eene mis vier of vi jf of zes of zeven van boer rijkaard afgekocht en zo wierd dat prachtig meubel op mijn slaapkamer gebrocht Wel, en z'is zo goed of nieuwe 'k zie dat er niets aan ontbreekt als 'k U ne keer mocht vragen wat dat g'in die kasse steekt? Ba, zei nu de onderpaster trek maar open kapelaan, 't is mijn dagelijks gebruik om naar 't bedde mĂȘe te gaan Krak, en 't deurken dat viel open en die scene dat was puik oh mijnheer de onderpaster wat schoon dagelijks gebruik oh Marie, zei de paster wat verdoemd is mij dat ? Ach Mijnheer 't was voor die zwere daar van achter op mijn gat (c) Walter De Buck